vrijdag 3 april 2015

Banken op de beurs: niet in het belang van klanten

In de afgelopen dagen heb ik me, in afwachting van de definitieve overstap van ING Bank naar een bank die ik wel vertrouw, eens verdiept in hoeveel waarde de banken nu eigenlijk zelf hechten aan vertrouwen. Daarbij stuitte ik al snel op het rapport van de 'Adviescommissie Toekomst Banken', beter bekend als de commissie Maas, met de titel 'Naar herstel van vertrouwen' (2009). Tot stand gekomen in opdracht van de Nederlandse Vereniging van Banken.

Het is een opmerkelijk rapport, met opmerkelijke uitgangspunten. Je zou verwachten dat, als het over vertrouwen gaat, er ten minste ook een hoofdstuk 'klanten' in voorkomt. Niets is minder waar. Het rapport heeft het alleen over 'Governance en Riskmanagement', 'Maatschappelijke rol banken' (waaronder alleen 'Beloningsbeleid' en 'Aandeelhoudersstructuur'...), 'Toezicht en Regulering' en 'Toekomst Banken Nederland'. Bij de uitgangspunten dus niets, maar dan ook helemaal niets over het bestaansrecht van banken: klanten.

En helemaal vreemd is dat de commissie Maas bij de maatschappelijke rol van banken niet verder komt dan beloningsbeleid en aandeelhoudersstructuur. Me dunkt dat men daar in die commissie niet ver buiten het eigen tuintje heeft gekeken. Heeft men eigenlijk wel enig besef van wat klanten en de maatschappij nu eigenlijk van banken verwachten? Een kernbegrip als 'integriteit' komt maar twee keer in het rapport voor, in twee gelijkluidende alinea's, die - jawel - over de beloning van bestuurders gaan. 'Nuff said.

Het nieuws over beloningen bij ING en ABN Amro van de afgelopen weken heeft aangetoond dat topmannen bij banken, zelfs na eerdere commotie daarover in 2011, in elk geval nog steeds geen enkel besef hebben van de maatschappelijke relevantie van hun hoge beloningen. Maar de commissie Maas kan er ook wat van als het op tunnelvisie aankomt:
Het vennootschapsrecht kent geen verplichting voor aandeelhouders rekening te houden met belangen van andere stakeholders dan de aandeelhouders. Dat geldt uiteraard ook voor aandeelhouders van banken. Zij hoeven geen rekening te houden met de andere belangen die bij een bank een rol spelen. Dat zijn de belangen van de spaarders, van degenen die afhankelijk zijn van bedrijfsfinanciering, van de werknemers, de belangen van de samenleving bij een efficiënt betalingsverkeer en die van een gezond bankbedrijf in het algemeen. Deze eenzijdige oriëntatie van aandeelhouders heeft de afgelopen tijd geleid tot ongewenste ontwikkelingen. De focus op de korte termijn van sommige groepen aandeelhouders heeft dit alleen maar versterkt. 
De commissie komt dus tot de conclusie dat aandeelhouders alleen maar het eigen korte termijnbelang nastreven en dat dat tot een puinhoop heeft geleid. Logisch, want banken moeten nu juist streven naar een gedegen bankbeleid op de lange termijn. Voor hun klanten en voor het vertrouwen van die klanten in de bank. De belangen van aandeelhouders en banken sluiten elkaar dus fundamenteel uit: je wilt als gedegen bank die het vertrouwen van zijn klanten wil genieten, met een lange termijnvisie, die rekening houdt met belangen van klanten en maatschappij, geen hijgerige aandeelhouders in je nek hebben, die voortdurend op korte termijnresultaten aandringen. Daarom zou de Staat ABN Amro ook zeker niet naar de beurs moeten brengen.

Maar dan de conclusie van de commissie Maas:
Derhalve is het gewenst maatregelen te nemen die bevorderen dat de oriëntatie van aandeelhouders van banken meer in overeenstemming wordt gebracht met alle belangen die bij een bank een rol spelen.
De commissie stelt dus niet het verschijnsel bank-op-de-beurs ter discussie, ze stelt niet eens voor dat de bank zich anders moet gaan gedragen om puinhopen in de toekomst te voorkomen. Nee, de commissie Maas is van mening dat de aandeelhouders zich een andere houding moeten aanmeten! Dus je wilt als bankier het vertrouwen van klanten in je toko herstellen, maar dat moeten de aandeelhouders voor je doen. Die zien je aankomen, die zijn daar doorgaans helemaal niet in geïnteresseerd. Die willen meestal alleen maar snel rendement voor zichzelf zien, en wel zo veel mogelijk. Geneuzel over vertrouwen en klanten en maatschappij is niet aan ze besteed.

Deze commissie, die om onnaspeurlijke redenen groot aanzien heeft genoten, beseft niet hoezeer de banken moeten veranderen, en blijft daarbij steken in oud denken. Ze ziet wel de fundamentele belangentegenstelling tussen klanten, de bank en aandeelhouders, maar kan zich niet voorstellen dat banken om die reden verre zouden blijven van de beurs. Waarschijnlijk omdat ze zich niet kan voorstellen dat banken hun puur financiële voordelen van aanwezigheid op de beurs bewust afwegen tegen de moeilijk financieel waardeerbare voordelen van vertrouwen. Terwijl dat soort bewustheid bij banken nu juist zou kunnen leiden tot andere keuzen, die veel meer bijdragen aan vertrouwen van klanten en de maatschappij in banken dan welk rapport ook.

Toch wel schokkend dat het zo diep zit. Dat zelfs een commissie waarvan je zou verwachten dat ze ingrijpende maatregelen voorstelt, niet van de rotonde kan komen en geen fundamentele systeemwijzigingen kan of durft voor te stellen. Het is al heel vaak gezegd: "the system is terminally broken". En het wordt nog steeds bevestigd.